Naar Menu

HomeProjectenboekPrijzenGeurt Brinkgreve Bokaal 2024

Yifat Levron

Geurt Brinkgreve Bokaal 2024

Elke jaar wordt de Geurt Brinkhave Bokaal uitgereikt, een onderscheiding die de waardevolle ontwikkeling van erfgoed en transformatie in Amsterdam erkent. Deze stad, doordrenkt van geschiedenis, heeft een rijke verzameling van gebouwen en locaties die ons herinneren aan belangrijke gebeurtenissen en culturen. De projecten die in de schijnwerpers staan, tonen niet alleen een respectvolle omgang met ons erfgoed, maar ook een innovatieve benadering om deze plekken nieuw leven in te blazen. Van het Nationaal Holocaustmuseum, dat een cruciale rol speelt in het herdenken van de geschiedenis, tot de creatieve transformatie van de Werkspoorhal aan de VOC-kade en de revitalisatie van Roest 2.0; ieder project draagt bij aan de identiteit en toekomst van onze stad.

Andere opmerkelijke voorbeelden zijn de unieke restauratie van NACO-huisje en het terug plaatsen op De Ruyterkade 99 en het inspirerende participatieproject X Helling aan het NDSM-plein, die beide de verbinding tussen verleden en heden benadrukken. Eveneens verdienen Indië II aan de Zeeburgerdijk, PI59 aan de Prinses Irenestraat en REC P aan de Plantage Muidergracht een speciale vermelding, omdat ze de diversiteit en veelzijdigheid van erfgoed in Amsterdam onderstrepen. Wat de jury opviel tijdens het bezoeken van de acht voorgeselecteerde projecten, is dat de hoge ambitie van alle betrokken partijen duidelijk zichtbaar was. De prachtig uitgevoerde detaillering, de hoogwaardige materialen en de grote inspanning om de projecten tot realisatie te brengen, zijn opvallend. Het was duidelijk dat er goed nagedacht is over de betekenis van de projecten voor de omgeving en de maatschappelijke impact daarvan. In veel projecten is de menselijke maat zichtbaar, en het gebruik staat centraal.

Unieke aspecten waren het hergebruik van materialen en projecten die met een gering budget door participatie tot een succes zijn gebracht. Dit toont aan hoe creativiteit en samenwerking kunnen leiden tot waardevolle resultaten, zelfs met beperkte middelen. Het gebruik van hergebruikte materialen geeft niet alleen een duurzaam karakter aan de projecten, maar versterkt ook de verbinding met de geschiedenis van de gebouwen. Door de betrokkenheid van de gemeenschap bij het proces zijn deze projecten niet alleen architectonisch geslaagd, maar ook sociaal relevant. Daarnaast hebben we de fijne balans opgemerkt tussen verduurzaming en vernieuwing, en het respect voor waardevol erfgoed met zijn unieke details en uitstraling. Deze projecten zijn een uitstekend voorbeeld voor toekomstige restauratieprojecten van waardevol erfgoed in Amsterdam en in Nederland. We willen benadrukken dat de veelzijdige kwaliteiten bij de volgende drie projecten extra goed uit de verf komen: het Nationaal Holocaustmuseum, het REC P-gebouw en de X Helling. Deze projecten scoren bijzonder hoog op aspecten als creativiteit, architectuur, erfgoedwaarde (ook na restauratie), maatschappelijke waarde, proces en duurzaamheid. Hun unieke benadering en impact maken ze tot inspirerende voorbeelden binnen de hedendaagse architectuur en restauratie.

Voorgeselecteerde projecten

NACO-huisje

Opdrachtgever: Stadsherstel Amsterdam

Architect: Kentie & Partners Architekten Aannemer: Leguit en Roos

Het NACO-huisje (1919) aan het IJ, dat in 2001 een rijksmonument werd, moest in 2004 verplaatst worden vanwege verbouwingen aan het Centraal Station. Het werd naar Zaandam gebracht en vanwege de erfgoedwaarde opgeslagen. In 2016 werd Stadsherstel Amsterdam eigenaar, maar de toestand was verslechterd door rottend hout, wat de restauratie bemoeilijkte. Dankzij crowdfunding van de Vrienden van Stadsherstel en bijdragen van donateurs, fondsen en de gemeente Amsterdam kon het monument worden hersteld. De Vrienden maakten onder andere de restauratie van de typerende ‘buffelhoorns’ mogelijk. Het NACO-huisje staat nu vlakbij zijn oorspronkelijke plek aan het IJ. Stadsherstel heeft samen met Architectenbureau Kentie en partners aan deze restauratie gewerkt. Samen hebben ze een prachtige restauratie tot stand gebracht, met fijne detaillering, vernieuwende verduurzaming en het terugbrengen van het hele gebouw naar zijn originele omgeving. Het huisje heeft een karakteristieke uitstraling, met traditionele elementen van de Amsterdamse Schoolstijl en koloniale architectuur, die prachtig combineren met modernere accenten. Het staat mooi op de originele betonnen palen op een steiger langs het IJ, zoals architect Guillaume la Croix het heeft ontworpen. De architectuur van het NACO-huisje, ook wel Minangkabause Huis genoemd, verwijst naar de Minangkabau-architectuur in Sumatra, waar huizen op palen worden gebouwd en puntige daken de hoorns van de waterbuffel symboliseren - een symbool van grootheid en kracht. Het originele interieur is goed bewaard, slim ingedeeld en biedt een sfeervolle ambiance. Grote ramen zorgen voor veel licht en een mooi uitzicht op de omgeving. Het gebruik van warme kleuren en natuurlijke materialen creëert een aangename sfeer. Het huisje wordt weer gebruikt voor de originele functie als ticketverkoop voor bijzondere boottochten, en de oude vergaderruimte kan gehuurd worden. De jury waardeert de uniciteit van dit gebouw en de belangrijke erfgoedstatus die herinnert aan de tijd waarin handel en transport in Amsterdam via deze verkoopkantoren plaatsvond. De jury waardeert de grote inspanning van Stadsherstel om dit project te realiseren, ondanks de technische uitdagingen en hoge kosten. De restauratie blijft trouw aan het originele gebouw, zowel aan de binnen- als buitenkant, en het is bovendien geslaagd in het verduurzamen van het monument met duurzaam energietechnieken in het gebouw te integreren. De jury hoopt dat het gebouw in de toekomst toegankelijker zal worden voor een breder publiek.

Werkspoorhal

Opdrachtgever: VORM

Architect: OZ

Aannemer: Homines Bouw

Op Oostenburgeiland is de voormalige Werkspoorhal op kundige wijze gerenoveerd en in afwachting van een passende bestemming als buurtvoorziening. Sinds het eind van de negentiende eeuw werden in deze fabriekshal dieselmotoren voor schepen en treinen vervaardigd maar de hal raakte halverwege de jaren negentig van de vorige eeuw in onbruik als gevolg van het wegtrekken van industriële activiteiten op Oostenburgeiland. Het voormalige industrie-eiland onderging recentelijk een metamorfose tot woongebied, verschillende nieuwe stadse blokken werden er gerealiseerd in zeer hoge dichtheid en in uiteenlopende vorm. Met het doel het industrieverleden in deze nieuwe woonbuurt tastbaar te houden en een gemeenschappelijke voorziening voor de buurt te creëren renoveerde en transformeerde OZ Architects in opdracht van ontwikkelaar VORM de Werkspoorhal tot multifunctionele ruimte. Een groot deel van het interieur en behorende machinerie werd ontmanteld maar de hal behield de markante zware staalconstructie en een groot deel van de imposante buizenwanden. De van oorsprong losstaande hal is in de huidige situatie ingeklemd tussen twee nieuwe woongebouwen maar door middel van een knap ingevoegde opening in de zijgevel vanuit de aangrenzende binnentuin toegankelijk gemaakt. De nieuw ontworpen glazen schermen aan de straatzijden zorgen voor een drempelloze toegang en een fijne dialoog tussen binnen- en buitenleven. Doordat de schermen volledig transparant zijn uitgevoerd verhaalt niet alleen het exterieur van de Werkspoorhal in het straatbeeld over het industriële verleden, ook het interieur draagt substantieel bij aan deze historische ervaring. De vloer werd na een ingrijpende bodemsanering door LOLA Landscape Architects ondergronds klaargemaakt voor toekomstig flexibel gebruik en is afgewerkt met rauwe hergebruikte fabrieksplaten, waardoor de hal aanvoelt als een prettig overdekt plein. Het dak is ten slotte opengewerkt waardoor het daglicht royaal binnenvalt en op de fraaie bimsbetonnen platen van het dak zijn uit het zicht PV-panelen gelegd die als collectieve voorziening bijdragen aan de energielevering van de omliggende woongebouwen. De jury was onder de indruk van de sensitieve restauratie van de hal waarin de keuze van de toegevoegde materialen de schoonheid van de constructie en de installatiebuizen benadrukt. De prachtig opengemaakte lege ruimte smeekt om een levendige ingebruikname door buurtbewoners.

Roest 2.0

Opdrachtgever: Koudgasgebouw VOF

Architect: Studio Steenbruggen

Aannemer: Arthur de Aannemer

Gebouw A, het voormalige koudgasgebouw, is door de initiatiefnemers van Roest getransformeerd tot een horeca-ontmoetingsplaats. Met oog voor wijkontwikkeling op het Oostenburgereiland en de intentie om het gebouw, dat in matige staat verkeerde, te behouden en verbeteren, zijn de initiatiefnemers gestart met de restauratie. Het monument heeft een nieuwe fundering gekregen, extra kelderruimte, isolerende beglazing en een nieuwe transparante serre die het gebouw toegankelijk maakt. Historische elementen zoals gaskoppelingen, kranen en spanten zijn behouden, met behoud van de authentieke uitstraling door minimalistisch schilderwerk. De nieuwe elementen zijn in moderne stijl aangebracht met robuuste materialen, waardoor de karakteristieke architectuur en de esthetiek van de industriële inrichting goed tot hun recht komen. De renovatie van Gebouw A op Oostenburgereiland benadrukt de unieke architectonische elementen uit de vroeg twintigste eeuw, zoals de karakteristieke bakstenen gevels en industriële details. Deze restauratie draagt bij aan de stedenbouwkundige samenhang van het gebied, dat historisch gezien een belangrijk industrieterrein is geweest. Het behoud van deze erfgoedelementen versterkt de identiteit van Oostenburg en biedt een brug tussen verleden en toekomst. Bij de renovatie zijn duurzame technologieën geïntegreerd, waaronder energiezuinige installaties en verbeterde isolatie. Dit zorgt niet alleen voor een verlaagd energieverbruik, maar ook voor een gezonder binnenklimaat. De aanpak weerspiegelt een hedendaagse visie op duurzaamheid, waarbij historische waarde wordt gecombineerd met moderne milieunormen. De revitalisering van Gebouw A biedt kansen voor sociale interactie en culturele activiteiten binnen de gemeenschap. Door het gebouw opnieuw in gebruik te nemen, ontstaat er een levendige ruimte die de lokale bevolking verbindt en het erfgoed van het gebied respecteert. Deze combinatie van sociale en culturele herontwikkeling maakt Gebouw A tot een belangrijk ankerpunt in de hernieuwde stedelijke omgeving. De jury waardeert de inspanningen van alle betrokken partijen in de renovatie, restauratie en verduurzaming van het gebouw, waardoor dit belangrijke erfgoed nog vele jaren behouden blijft en goed functioneert als ontmoetingsplaats voor de buurt. De jury hoopt, gezien de markante positie en vorm, dat het gebouw niet alleen als horeca zal functioneren, maar ook als een laagdrempelige ontmoetingsplek voor de buurt.

Indië II

Opdrachtgever: Eigen Haard

Architect: Hooyschuur architecten & adviseurs

Aannemer: Coen Hagedoorn Bouwgroep

Het betreft hier de voorbeeldige restauratie-renovatie van een meer dan 210 meter lang woningbouwblok uit 1916 van architect Willem Leliman uitgevoerd door Hooyschuur architecten & adviseurs in opdracht van Eigen Haard aan de Zeeburgerdijk. Deze renovatie volgde op de renovatie van het blok aan de overkant van de straat van dezelfde architect. Bij voorgaande renovaties in de jaren tachtig waren veel details verloren gegaan, net als het oorspronkelijke kleuren palet en waren de woningen ook aan de binnenzijde geschikt gemaakt naar de maatstaven van die jaren. Raamindelingen, balkons, dakkapellen, alles was met een achteloos pragmatisme vervangen, waardoor de oorspronkelijke architectonische kwaliteit vrijwel volledig verloren was gegaan. Helaas was dit blok geen uitzondering. Veranderd denken over de waarde van goede zorgvuldige architectuur, ook en wellicht wel juist voor dit soort sociale woningbouw heeft hier, naast gemeentelijke monumentenstatus, geleid tot een volledig herstel van de gevels en daarmee tot behoud van dit karakteristiek stuk stad. De fundering is vervangen en de woningen zijn verduurzaamd waarbij gekozen is de gevelisolatie aan de binnenzijde aan te brengen waardoor de gevel vrijwel geheel terug kon worden gebracht naar de oorspronkelijke staat. Ook de balkons aan de achterzijde zijn in deze gedachte aangepakt. Veel aandacht is gegaan naar slimme oplossingen die duurzaamheid en behoud van architectonische kwaliteit verenigen, bijvoorbeeld de plaatsing van suskasten in het dak van de bovenste verdiepingen, en de zorgvuldige positionering van zonnepanelen. De indeling van de woningen volgt in grote lijnen de indeling die ontstaan is bij eerdere renovaties. Wellicht het enige punt van kritiek is dat de tuinschuren aan de achterzijde en de tuinafscheidingen niet op hetzelfde niveau zijn gebracht als de gevels, waardoor er bij ingebruikname naar alle waarschijnlijkheid toch een wildgroei van schuttingen aangebracht zal worden, wat het aanzicht van de voorbeeldige renovatie in ieder geval aan de waterzijde teniet zal doen. Gelukkig is het complex weer in zijn oude glorie hersteld waarbij kwaliteiten hersteld zijn waarvan haast onvoorstelbaar is dat deze nog niet eens zo lang geleden achteloos waren verwijderd. Laat dit project een voorbeeld zijn voor alle woningbouw uit die tijd.

PI59

Opdrachtgever: Nuveen Real Estate, G&S&

Architect: V8 Architects

Aannemer: Wessels Zeist

Dit pand uit de jaren zeventig aan de Prinses Irenestraat is een van de oudste gebouwen aan de Zuidas. Gebouwd als kantoorgebouw heeft het pand diverse huurders gehad voordat het in gebruik genomen werd als schoolgebouw. rt aan de oorspronkelijke uitstraling van het gebouw. Gestript tot de draagconstructie is inventief gebruik gemaakt van de bestaande structuur. Waarbij door strategisch geplaatste gevels vides zijn gemaakt die bijdragen aan een dynamische ruimtelijkheid. Door toevoeging van een extra verdieping en een uitbreiding aan de achterzijde is het kantooroppervlakte vergroot zonder de sculpturale hoofdmassa geweld aan te doen. Dit alles omringd door een groene omgeving die in de loop van de tijd vrijwel geheel was verhard. Door toepassing van gepolijste prefab betonelementen die door deze aan één zijde te voorzien van een bronskleurige uitsnijding een verfijnde, haast on-Hollandse uitstraling heeft, is een gebouw gemaakt met een bijzonder elegant uiterlijk. Deze vorm elementen komen ook terug in het vaste interieur, bijvoorbeeld in het trappenhuis. De verfijnd vormgegeven metalen luifel en de ronde glazen hoeken versterken dit effect. In de materialisering van de plint grijpt men met de toevoeging cannelures terug naar de oorspronkelijke brutalistische gevelbehandeling. PI59 is een prachtig voorbeeld van pragmatisch en duurzaam hergebruik van de ruwbouw met een verfijnde jas, dat daarmee om navolging vraagt als alternatief voor sloopnieuwbouw. Door de vergaande transformatie is hier echter van behoud van erfgoedwaarde geen sprake meer.


Nominaties

REC P

Opdrachtgever: Universiteit van Amsterdam

Architect: OIII architecten

Aannemer: Dura Vermeer

 

De renovatie en restauratie van het voormalig Chemisch Practicumgebouw dat begin jaren zestig werd gebouwd aan de Plantage Muidergracht aan de rand van het Roeterseiland, REC P, is een inspirerend herbestemming- en renovatieproject dat gericht is op het creëren van een duurzame en comfortabele leeromgeving voor studenten. Een van de belangrijkste aspecten van deze renovatie is de buitenisolatie, die ervoor zorgt dat het gebouw beter bestand is tegen temperatuurverschillen en energieverliezen. Dit draagt niet alleen bij aan het comfort binnen, maar ook aan een vermindering van de energiekosten. Het is uitgevoerd met veel aandacht voor details en materialen en het is in de opbouw van de gevels gelukt om een uitstraling te creëren die trouw blijft aan het originele ontwerp. Daarnaast is er gekozen voor koude-warmte opslag, een innovatieve techniek die helpt om de energie-efficiëntie van het gebouw te verbeteren. Dit systeem maakt gebruik van de natuurlijke temperatuurverschillen in de grond om zowel warmte als koeling te leveren, wat resulteert in een aanzienlijk lagere ecologische voetafdruk. Hergebruik van materialen was een ander essentieel onderdeel van de renovatie. Door bestaande elementen te behouden en opnieuw in te zetten, wordt niet alleen de duurzaamheid bevorderd, maar ook de verbinding met de geschiedenis van het gebouw gewaarborgd. Dit hergebruik draagt bij aan een unieke uitstraling en karakter van de ruimtes. De binnenklimaatverbeteringen zijn met veel zorg aangepakt. Extra ramen zijn toegevoegd om natuurlijk licht binnen te laten, wat niet alleen de esthetiek van de ruimtes verbetert, maar ook het welzijn van de studenten bevordert. Dit zorgt voor een frisse en inspirerende leeromgeving. Groene daken zijn een ander opvallend kenmerk van de renovatie. Ze bieden niet alleen esthetische waarde, maar dragen ook bij aan de biodiversiteit en waterretentie in de stad.

Een kunstwerk dat in het gebouw is geïntegreerd, voegt een creatieve dimensie toe en stimuleert de verbinding tussen kunst en educatie. Dit versterkt de inspirerende atmosfeer binnen REC P. Tot slot zijn er fijne ruimtes gecreëerd voor studenten, met aandacht voor zowel samenwerking als individuele studie. De indeling van de ruimtes is flexibel en uitnodigend, wat bijdraagt aan een positieve leerervaring. Al met al is de renovatie van REC P een prachtig voorbeeld van hoe historische gebouwen kunnen worden getransformeerd naar duurzame, functionele en aantrekkelijke leeromgevingen. De jury was onder de indruk van de fijne sfeer in het gebouw en het slimme gebruik van de brede middenstroken waarin goed gebruikte studiehoeken zijn gecreëerd. Aspecten als licht, akoestiek, contact met buiten- en binnenklimaat zijn goed aangepakt. Al met al een heel slimme en mooie restauratie waarmee de UVA een bestaand gebouw een nieuw leven heeft gegeven. Een bewijs dat ook gebouwen van de jaren zestig zonder een formele erfgoedstatus een groot potentieel hebben.

X Helling

Opdrachtgever: Gemeente Amsterdam, Vereniging X Helling

Architect: Dynamo architecten, YBB architecten

Aannemer: Van Braam-Minnesma


De X Helling is een relict uit de tijd dat het NDSM-terrein in gebruik was als scheepswerf. Voor de tweede wereldoorlog was deze werf de grootste van Europa. Nadat het bedrijf was gestopt raakten de gebouwen en de hellingen in onbruik, waarna kunstenaars en krakers er gebruik van maakten. Om het ruige karakter van dit stuk stad en dit karakteristieke gebouw als betaalbare werkruimte te behouden is een plan ontwikkeld waarbij de ruimten onder de scheepshelling met minimale middelen geschikt gemaakt is om als officiële werkplaatsen te dienen. Er werden ook extra ruimtes toegevoegd. Huurders maakten zelf bescheiden geïsoleerde ruimtes om ook ’s winters beschut te kunnen werken. Door onder andere gebruik te maken van Marktplaats als plek om tweedehands bouwmaterialen te verkrijgen, is hier een voorbeeld ontstaan van de mogelijkheden van een circulaire aanpak. De X Helling is een mooie illustratie van behoud door ontwikkeling, circulair, in de geest van het informele waarbij toch voldaan is aan de regels van het bouwbesluit. Bijvoorbeeld de balustrade boven op de helling is gemaakt door slim gebruik te maken van betonnen wegafscheidingselementen, waarop een handrail is bevestigd in de bestaande gaten. De jury was onder de indruk van de combinatie van idealisme, pragmatiek, inventiviteit en organisatiegraad waarmee deze monumentale helling een tweede leven heeft gekregen waardoor een broedplaats is blijven bestaan die een waardevolle bijdrage levert aan het pluriforme en informele karakter van Amsterdam. En een contrast vormt met de commerciële ontwikkelingen die wereldwijd de transformatie van dit soort voormalige industriële gebieden kenmerkt, die overigens ook in de nabijheid van deze betonnen herinnering aan vervlogen tijden oprukt.

 

Winnaar van de Geurt Brinkgreve Bokaal 2024


 


Nationaal Holocaustmuseum

Opdrachtgever: Stichting Hollandsche Schouwburg

Architect: Office Winhov

Aannemer: Bouwbedrijf M.J. de Nijs en Zonen

In 2024 opende in de voormalige Hervormde Kweekschool en in de Hollandse Schouwburg aan de Plantage Middenlaan het Nationaal Holocaustmuseum. In dit museum wordt het verhaal van de Jodenvervolging tijdens Tweede Wereldoorlog verteld door middel van een aangrijpende tentoonstelling. Middels een slingerende route wordt de bezoeker over de verdiepingslagen van de Hervormde Kweekschool meegenomen in verschillende hartverscheurende periodes die de Holocaust kende. In het herdenkingsmonument in de schouwburg aan de overzijde van de straat, wordt vervolgens het lot herdacht van de talloze Joodse Amsterdammers die daar verzameld werden om afgevoerd te worden naar vernietigingskampen. Met de keuze om het Nationaal Holocaustmuseum te vestigen in de voormalige kweekschool diende zich de gelegenheid aan om, samen met de nationale geschiedenis van de Jodenvervolging, ook een voor het grote publiek minder bekend en lokaal verhaal over het voetlicht te brengen. Gedurende de oorlog werden hier de kinderen van de volwassenen gescheiden en vanuit de overvolle schouwburg overgebracht naar de crèche aan de overzijde van de straat. Door heldhaftig optreden werd vervolgens in het diepste geheim een groot aantal kinderen via de tuin tussen de crèche en de school in vrijheid gebracht. Het moment van stilstand van de tram op de Plantage Middenlaan, waardoor de nazi’s kortstondig de blik vanuit de schouwburg op de school werd ontnomen, gaf vele kinderen, meegesmokkeld in een jas of in een koffer, een kans op een vrij leven. Dit bijzondere en hoopvolle verhaal vormt de cultuurhistorische draad dat is opgespannen tussen de gebeurtenissen in de schouwburg en de kweekschool. De architecten van Office Winhov restaureerden het herdenkingsmonument dat in 1962 door Jan Leupen werd ontworpen, nadat de schouwburg was afgebroken. Ze kozen aansluitend voor een ingrijpende transformatie van de school, die als gevolg van een reeks verbouwingen in de loop der tijd onherkenbaar was verbouwd en uitgebreid. Voor het museum werd deze situatie weer ontrafeld. In ruimtelijke opzet en in het gevelbeeld wordt op abstraheerde wijze teruggegrepen op de situatie tijdens de oorlog waarbij de contouren van de drie losse gebouwen zijn teruggebracht. In de achtertuin wordt de scheidingsmuur waarover kinderen en baby’s in het geheim werden weggetild symbolisch in beeld gebracht. De jury was geroerd door de wijze waarop de architecten vorm hebben geven aan de gebeurtenissen die zich aan weerszijden van de Plantage Middenlaan voltrokken. Zij kozen ervoor om het verleden en de collectieve herinneringen een plek en een gezicht te geven, maar zonder daarbij door een al te nostalgische bril naar het architectuurhistorisch erfgoed te kijken. Het resultaat vormt een krachtige en eigentijdse architectonische uiting aan de straat dat recht doet aan deze complexe geschiedenis. De fysieke uitwerking blinkt bovendien uit in de materialisering en zorgvuldige detaillering. Maar nog veel meer waarde hecht de jury aan het sublieme samenspel dat zich ontvouwt tussen gebouw, interieur, tuin en tentoonstelling. De overgang tussen de verschillende onderdelen is nergens op een scheidslijn te betrappen en ervaart als een geheel. Het duidt bovendien op een nauw en respectvol samenspel tussen opdrachtgever en betrokken ontwerpers, die op alle niveaus samenwerkten als gelijken. Het meest treffend in zijn eenvoud en daardoor misschien wel het meest aangrijpend is de lichte kleurstelling van het museuminterieur, gecombineerd met de ramen van de klaslokalen aan de straat, die heel bewust deel uitmaken van het ontwerp. Ondanks dat het daglicht zorgvuldig wordt weggefilterd ter bescherming van de collectie, laat het zien dat het dagelijks leven gewoon doorgaat. Men ziet de tram, auto’s, fietsers en voetgangers passeren. De pregnante aanwezigheid van de alledaagsheid van het leven in de school, nu en toen, draagt bij aan het dragen van de zwaarte van de impact van de tentoonstelling. Het Nationaal Holocaustmuseum steekt door de complexiteit van de opdracht, de samenwerking en het ontwerpproces, de samenhang tussen architectonische en ruimtelijke uitwerking van interieur, tuinen en tentoonstelling, het vakmanschap en het cultuurhistorische en maatschappelijke belang met kop en schouders boven de overige voorgeselecteerde en de andere twee genomineerde projecten uit en vormt daarmee de onbetwiste winnaar van de Geurt Brinkgreve Bokaal 2024.


De Jury

 


De jury van de Geurt Brink-greve Bokaal 2024 bestond uit juryvoorzitter Annuska Pronkhorst (r), partner bij Crimson Historians and Urbanists Crimson; Jan-Richard Kikkert (m), architect en docent Academie van Bouwkunst, en verslaglegger Yifat Levron (l), architect en bestuurslid Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad. De jury werd ondersteund door Sabine Lebesque en Geertje de Vries van Grond en Ontwikkeling. De prijs wordt georganiseerd in samenwerking met Anette van Dijk van Monumenten en Archeologie.

Een nieuwe Geurt Brinkgreve Bokaal ontworpen door Sanja Medic

Dit jaar is er een nieuwe trofee die speciaal is ontworpen als Geurt Brinkgreve Bokaal. Het ontwerp van beeldend kunstenaar Sanja Medic belichaamt de essentie van deze prijs, waarbij diep respect voor erfgoed en het idee van voortbouwen op wat al bestaat wordt weerspiegeld.

De vorige bokaal, gemaakt door Frederik Roijé in de vorm van een zandloper, was in achttien jaar letterlijk vol gegraveerd met alle namen van vorige winnaars, dus daarom moest er een nieuw object komen. Na een selectie onder een aantal kunstenaars die waren voorgedragen door Stadscuratorium Amsterdam, is Sanja Medic aan de gang gegaan met deze opdracht. Terwijl de vorige bokaal tijd afbeeldde als iets dat verstrijkt, interpreteert Medic tijd als cumulatief, waarbij elk eerder moment bijdraagt aan een evoluerend geheel. Deze benadering komt tot uitdrukking in de gelaagde structuur van het ontwerp. In plaats van leeg zijn, belichaamt de nieuwe trofee eerdere prestaties: deze bestaat uit 18 glazen lagen, die elk het vloerplan, de naam en het jaar van alle vorige winnaars bevatten, chronologisch gerangschikt van 2006 tot 2023. Elk jaar zal er een nieuwe laag worden toegevoegd die een nieuwe winnaar vertegenwoordigt. Op deze manier blijft de trofee transformeren, groeien en vernieuwen, terwijl het de voortdurende erfenis van de Geurt Brinkgreve Bokaal behoudt. De keuze van de kunstenaar voor vensterglas is zowel symbolisch als functioneel. Glas is een essentieel materiaal in renovatie- en herontwikkelingsprojecten, waarbij voorheen gesloten gebouwen vaak worden geopend met transparante gevels die uitzicht op het interieur bieden. In reactie hierop verkent Medic’s ontwerp de relatie tussen glas en daglicht, waarbij thema’s als zichtbaarheid, transparantie, reflectie en diepte op een speelse manier worden belicht. Medic is een Nederlands/Servische kunstenaar die woont en werkt in Amsterdam. Zij staat bekend om haar werken voor de openbare ruimte in verschillende steden in Nederland. Voor Amsterdam maakte zij onder andere een monumentale keramische bibliotheek aan de Lootstraat in de Kinkerbuurt (De Batavier, 2006) en een serie van negen glazen sculpturen voor het Asscherkwartier in De Pijp (Revisiting The Cullinans, 2023). Gedreven door een voortdurende nieuwsgierigheid naar onze perceptie van tijd, onderzoekt Medic vaak hoe de passage van tijd kan worden vertaald en belichaamd in een fysieke vorm. Voor dit onderzoek maakt ze vaak gebruik van herhaling, patroon, ritme en opeenvolging, zowel in haar monumentale werken als in haar collages, tekeningen en sculpturen. Naast haar artistieke praktijk geeft ze sinds 2018 beeldhouwkunst aan de afdeling Beeldende Kunsten van de Koninklijke Academie in Den Haag. (SL en SM)

Geurt Brinkgreve Bokaal

De Geurt Brinkgreve Bokaal is een onderscheiding die de gemeente jaarlijks toekent aan het beste initiatief op het gebied van transformatie, renovatie en restauratie van erfgoed. De prijs is vernoemd naar Geurt Brinkgreve (1917-2005), die streed voor het behoud en herstel van de Amsterdamse binnenstad. Dit jaar kwamen 34 projecten in aanmerking die zijn opgeleverd tussen augustus 2023 en augustus 2024. De jury bezocht in oktober acht voorgeselecteerde projecten, waaruit de nominaties en de winnaar werd gekozen.

  


Over deze site

Disclaimer